Boven een half verdronken tak gakken
ganzen op weg naar wollige schapenwolken.
Onder het dode hout in het water fluiten
waterhoentjes, verscholen voor vliegende
gakganzen onder de witte verenlucht.
Ganzen ontvluchten een kapotte parkbank.
Die heeft een embleem met een web-
adres over fladderende waterhoentjes en
gakkers die verder omhoog zweven richting
snelschuivende cirrus, verdacht voor regen.
Beneden verdwijnen piepwaterhoentjes onder
de levende stengels van een brede treurwilg.
Naast de bank ligt een krant vol vliegnieuws.
Een verdacht webadres in de krant naast
de bank verdringt alle gevlogen watervogels.
